Herkomst:
Rio Negro Brazilie, Orinoco in Columbia-Venezuela, Jurua Peru
Uiterlijk:
Aequidens diadema, ook wel de koninklijke Acara genoemd (diadema = Grieks voor kroon of gekroond).
Deze soort werd in 1840 het eerst beschreven door Heckel.
Het geslacht Aequidens “de echte acara’s” werd in 1986 herschikt door Kullander.
Deze kan een lengte behalen van circa 25cm.
Mannen zijn in het algemeen iets groter, en bezitten meer stippen (strepen) patroon.
Ook hebben de mannen meer kleur in de rugvin dan de vrouwtjes.
Inrichting:
Voor deze vissen is een aquarium nodig van minimaal 1.80 meter.
De bak inrichten met stevige planten, kienhout en stenen zodat er voldoende schuilplaatsen ontstaan.
De bodem mag bestaan uit zand of fijn grind.
Aan de waterwaardes worden niet al te veel eisen gesteld.
Water:
Temperatuur: 23-28 graden.
PH: 7-7,5
GH: 8-12
Voeding:
Het is een alleseter, als voedsel moet krachtig levend voer of diepvriesvoer gegeven worden.
Karakter:
Het is een tamelijk rustige en vreedzame vis die een territorium vormt.
Het beste kan deze soort als koppel gehouden worden.
Ze kunnen worden samengehouden met andere rustige vissen aangezien ze nogal schuw kunnen zijn.
Kweek:
De kweek is vrij eenvoudig, er worden 200 a 300 eitjes op een platte steen afgezet en bevrucht.
Na 2 dagen komen de eitjes uit en worden de jongen door beide ouders in de bek genomen waar ze verder uitgebroed worden.
Na ongeveer 8 dagen zwemmen de jongen vrij rond maar worden bij gevaar nog terug in de bek genomen.
De jongen kunnen opgekweekt worden met artemia-nauplien.
Er zijn nog geen reacties.