Synoniem:
Crenicichla dorsocellatus
Herkomst:
Manaus, Santarèm, Amazonegebied, Brazilië.
Uiterlijk:
Mannetjes worden circa 15 centimeter waarbij de vrouwtjes iets kleiner blijven.
Inrichting:
Voor deze vissen is een aquarium nodig van minimaal 1 meter.
De bak inrichten met dichte beplanting, stenen en kienhout zodat er holen ontstaan met kleine ingangen.
De bodem moet bestaan uit fijn zand.
Ze stellen zeer hoge eisen aan de waterwaardes, het water moet zeer zacht en zuur zijn, hun aanpassingsvermogen aan het water is klein dus voorzichtig met het water verversen.
Water:
Temperatuur: 24-27 graden.
PH: 4,5-6
GH: 0-4
Voeding:
Als voedsel mag klein levend voer of diepvriesvoer gegeven worden zoals muggelarven, artemia, cyclops en watervlooien.
Karakter:
Deze vis is zeer moeilijk te houden, ze zijn onderling zeer agressief.
Het kan zelfs zijn dat de vrouwtjes het mannetje de dood injagen.
Het beste kunnen ze in een harem worden gehouden.
Deze soort is in de handel zelden verkrijgbaar.
Kweek:
Beide ouders bewaken de eieren, het mannetje bewaakt het buitenste territorium, en de vrouwtje bewaakt de afzet plaats (hol/grot), en zorgt voor de eieren en jongen.
Er worden circa 500 tot 700 eieren afgezet.
Auteur: www.parelsuitmalawi.nl
Afbeelding: Michael van der Mee
Er zijn nog geen reacties.